logo boom7 boomverzorging
obj_0905.jpg

De honingzwam is een parasiet welke houtrot in bomen veroorzaakt

Ondanks de vriendelijke naam is de honingzwam niet vriendelijk voor bomen.


Sommige zwammen voeden zich door samen te werken met de boom maar de honingzwam voedt zich door dood en levend hout. Het is een parasiet welke levende bomen infecteert en daarbij houtrot veroorzaakt. De boom zal hierdoor langzaam sterven en bovendien instabiel worden. De combinatie honingzwam en bomen kan daarom ook voor de omgeving een gevaar vormen.

een door de honingzwam aangetaste boom (Wilhelminapark)
een door de honingzwam aangetaste boom (Wilhelminapark)
 

Vruchtlichamen

vruchtlichamen honingzwam
vruchtlichamen honingzwam

Het organisme honingzwam bestaat uit en onzichtbaar deel in het hout wat soms zichtbare vruchtlichamen maakt - paddestoelen. Deze vruchtlichamen bestaan vaak maar een paar weken en hebben als doel sporen te verspreiden om voor vermeerdering te zorgen.

De zwam maakt soms maar eens in een paar jaar vruchtlichamen. Bovendien zijn deze vruchtlichamen maar kort zichtbaar voordat ze weer vergaan. Het is dus heel lastig om op basis van enkel de vruchtlichamen de zwam waar te nemen.

Gelukkig zijn er andere signalen welke wel waarneembaar zijn zoals:  

Rhizomorfen

De zwam kan zich verspreiden om meer gebieden te coloniseren door onder de bast en in de grond rhizomorfen te maken. Dit zijn door melanine omgeven zwamdraden die op schoenveters lijken. Hun functie is behalve coloniseren ook het transport van voeding. Het zijn dus geen wortels, zwammen maken geen wortels, dat doen alleen planten.

Op onderstaande foto de rhizomorfen na verwijdering bast van een paardenkastanje.

rhizomorfen zichtbaar na verwijderen loszittende bast
rhizomorfen zichtbaar na verwijderen loszittende bast

detail van de rhizomorfen
detail van de rhizomorfen

losgemaakte mat van rhizomorfen
losgemaakte mat van rhizomorfen

De rhizomorfen zijn omgeven door een laag melanine, dit is bijna niet afbreekbaar, hierdoor blijft de rhizomorf jaren intact.

gevolgen: verwoest hout
gevolgen: verwoest hout
 

Manieren van verspreiden of vermeerderen

De honingzwam kan zich op verschillende manieren verspreiden of vermeerderen.

De sexuele manier: sporen uit vruchtlichamen verwaaien en leggen een mogelijk grote afstand af. Per vruchtlichaam kan de zwam vele miljarden sporen produceren. Door inregening kunnen de sporen in de grond terrecht komen waar misschien wel beschadigde boomwortels zijn welke geinfecteerd kunnen worden.

Vegetatief: door de groei van rhizomorfen kan de zwam tot wel een meter per jaar afleggen en steeds nieuwe bomen infecteren. Zo is de de sombere honingzwam (Armillaria ostoyae) het grootste organisme ter wereld geworden. (NRC: Grootste paddestoel meet 880 hectare). Hoewel niet de paddestoel maar de zwam het grootste organisme is.

Een derde manier van vermeerdering is wortelcontact tussen bomen. Een flink aantal bomen kunnen oder de grond vergroeien tot wortelcontact. Zo kan ook de honingzwam via het wortelcontact van bomen naar de volgende gastheer.
 

Soorten honingzwam in Nederland en wetenschappelijke namen

In Nederland komen 3 soorten honingzwam voor: De verschillen zijn heel erg lastig te onderschijden, zelfs al zouden de vruchtlichamen op het gunstigste moment vergeleken kunnen worden. Dat gunstige moment kan zo kort zijn dat het in de boomverzorging zelden voorkomt dat we tot ene juiste determinatie kunnen komen.

Voor de meeste bomen op locaties zonder verhoogde gevaarzetting (zoals langs drukke wegen en naast schoolpleinen) moeten bomen eens in de 3 jaar gecontroleerd worden. Als de zwam dan ook nog eens eens in de paar jaar maar 1 of 2 weken vruchtlichamen laat zien kan je je voorstellen hoe lastig het is als boomverzorger om precies op het juiste moment op de locatie te zijn om de zwam te kunnen identificeren.
 

Identificatie op basis van de gastheer/boomsoort

Voor boomverzorgers en voor het controleren van boomveiligheid zijn vruchtlichamen niet het belangrijkste kenmerk omdat de vruchtlichamen niet vaak en duidelijk aanwezig zijn. Voor boomverzorgers is de functie van de honingzwam en de gevolgen voor de boom belangrijk: houtrot.

Als we als boomverzorger rhizomorfen aantreffen op een boom dan is dat meteen een helder signaal dat we verder moeten zoeken en onderzoeken.

Bij het aantreffen van rhizomorfen hoeft het niet te betekenen dat de boom gevaarlijk is. Ook hoeft de infectie nog beslist niet vergevorderd te zijn. Bij eiken kan het meer dan een decenium duren voordat een infectie een omvang heeft dat de boom breukgevaarlijk geworden is.

Aan de boomsoort kunnen we zien welke soort honingzwam in de boom houtrot kan veroorzaken.

In onderstaande tabel de soorten honingzwam en hun voorkomen in de boomsoorten.
 
  esdoorn paardenkastanje beuk populier eik Amerikaanse eik   wilg linde dennen
  acer aesculus fagus populus Quercus robur Quercus rubra robinia salix tilia picea
gallica ja     ja       ja    
mellea ja ja ja ja       ja ja  
ostoyae         ja ja ja     ja
 

Beginnende infectie

Een van de eerste indicatoren, voordat zwammen of rhizomorfen zichtbaar zijn, is het vloeien van zwarte vloeistof, zogenaamde lekpits.

lekpits
lekpits

Op onderstaande foto is een eik te zien welke nog in staat is de schade te beperken. Aan de bastnecrose is te zien dat er al wel iets mis is. De stabiliteit van deze boom is nog niet in gevaar maar deze boom moet wel vaker gecontroleerd worden op veiligheid.

necrotische bast
necrotische bast

Op de volgende foto is de infactie al in een verder stadium, rhizomorfen zijn zichtbaar.

necrose met bastworp - rhizomorfen zichtbaar
necrose met bastworp - rhizomorfen zichtbaar

Op onderstaande foto is een verregaande infectie zichtbaar: bast is voor grote delen afgeworpen en grote delen van het spinthout zijn volledig aangetast.

zware infectie bast en spinthout
zware infectie bast en spinthout

doorsnede van deze boom
doorsnede van deze boom

Links op de foto is nieuwe aanwas te zien, hier kan de boom een gedeelte van het verlies van sterke en sapstromen compenseren.

Op bovenstaande doorsnede van de boom is aan de verkleurde delen te zien hoe verwoestend de honingzwam is. Zowel spinthout als kernhout is aangetast.

doorsnede van een gezonde boom (eik)
doorsnede van een gezonde boom (eik)

Dood hout geeft geen sterkte dus deze boom is al breukgevaarlijk. Een ander probleem is dat het spinthout wat voor transport van sappen zorgt deze funcrtie verliest. Hierdoor sterven takken in de kroon welke daarna breukgevaarlijk worden.

 

Cambiuminfectie van de wortels

Gevaarlijker is een cambiuminfectie van de wortels, zoals op volgende foto's. Dit zijn hele dikke opgegraven wortels van een populier.

wortelinfectie honingzwam
wortelinfectie honingzwam

wortelinfectie honingzwam
wortelinfectie honingzwam

Op bovenstaande foto's waren infecties te zien van het spinthout van bomen. Bij zo'n infectie wordt vooral het cambium en later het spinthout geinfecteerd. Dat is meestal op tijd te signaleren omdat er genoeg indicatoren zijn voordat de boom windworpgevaarlijk wordt. Denk aan indicatoren als rhizomorfen en bastworp.

Cambium is de weefsellaag tussen bast en hout waar celdeling plaatsvindt en dus diktegroei.

In het geval van cambiuminfecties blijft het kernhout lange tijd intact waardoor de boom niet gevaarlijk is.
 

Infectie kernhout

Bij een infectie van het kernhout is het veel lastiger om op tijd waar te nemen dat er iets mis is. Tot het te laat is zoals op onderstaande foto.

obj_9862.jpg
obj_9862.jpg

De volgende foto's zijn losgezaagde onderdelen van de stam en de uit de grond getrokken en gescheurde wortel.

stamdeel
stamdeel

detail stamdeel
detail stamdeel

stamdeel met rhizomorfen binnenzijde (!)
stamdeel met rhizomorfen binnenzijde (!)

aangetast maar niet verdwenen hout met demarcatielijnen
aangetast maar niet verdwenen hout met demarcatielijnen

Demarcatielijnen zij afgrendelingen van genetisch niet identieke zwammen met als doel eigen gebied te beschermen. ('Fungal zone lines in wood' door prof. Lynne Body).


kaal spinthout
kaal spinthout

Op bovenstaande foto is het spinthout (waar de sapstroom plaats vindt) nog onaangetast en het kernhout volledig verdwenen. Zo mooi hol, kaal als een afgekloven bot is zeldzaam.

restant kernhout, rot en met vraatgangen
restant kernhout, rot en met vraatgangen

De oorzaak van wortelbreuk en dus windworp:

wortel
wortel

doorsnede wortel
doorsnede wortel

detail wortel
detail wortel

De boom kon lang redelijk vitaal blijven omdat het spinthout lang intact gebleven is en dus de sapstromen niet ernstig verstoord werden.
 

Preventie van een infectie

Omdat een infectie niet te stoppen of te 'genezen' is, is preventie de enige manier om de gevolgen van de honingzwam te voorkomen.

Wortelschade is de belangrijkste oorzaak van een infectie. Wortelschade ontstaat door:  

Gevaar en toekomstverwachting van de boom

Hoewel een boom vele jaren een infectie van de honingzwam kan compenseren is een infectie altijd dodelijk. De honingzwam is een dodelijke parasiet. Een infectie van de zwam is altijd het begin van het einde.

Bij een beginnende infectie kan meestel onderzocht worden hoe ver de infectie gevorderd is en of de boom nog langer veilig instand gehouden kan worden. Dit moet per boom bekenen worden. Ook is belangrijk te beseffen dat een verzwakte of dode boom veel lastiger is om te kappen, zeker al er geen ruuimte is om hem te vellen.
 

Citaten en geraadpleegde literatuur

"De echte honingzwam kan windworp, stam- en kroonbeuk tot gevolg hebben Het mycelium breekt het dode spint- en kernhout meestal oppervlakkig en van buiten naar binnen af, waarna een stabiel boomlijk resteerd." Keizer 2015, p. 187 'Echte honingzwam'

"Veroorzaakt op uitgebreide schaal wortelrot of vernietiging van het cambium. Beide processen leiden tot een sterke achteruitgang in conditie en uiteindelijk sterfte van de boom" Stadsbomen Vademecum 3C - Ziekten en aantastingen 2014 p. 259.
 

Literatuurlijst

1. Keizer, G. J., 2015. Mycological Tree Assessment, Geen bomen zonder zwammen. Brussel: Inverde.

2. Prooijen, G. J. van, H. J. J. Kroon. 2014. Stadsbomen vademecum. 3C. Arnhem: IPC Groene Ruimte.

3. Schwarze, Francis W. M. R., Julia Engels, Claus Mattheck, and William Linnard. 2013. Fungal strategies of wood decay in trees. Berlin: Springer Verlag.


Geert Starre

server clear NOK